Rumble in the Jungle!

Lieve allemaal,

Langkawi was onze eerste bestemming in Maleisië. Langkawi is een groot eiland vlakbij de grens met Thailand. Het eiland is zo groot, dat het niet meer als een eiland voelt. Op Langkawi zijn veel witte stranden te vinden, maar dit eiland heeft nog veel meer te bieden! Alleen al de gezellige sfeer, eettentjes, shopping malls en vriendelijke mensen maakten ons verblijf erg aangenaam!

De eerste dag hebben we een bezoekje gebracht aan Sea World. De aquaria die hier te vinden zijn geven een mooi beeld van de onderwaterwereld van Azië en andere continenten. Het was erg leuk om de vissen die we tijdens het snorkelen en duiken hebben gezien hier nog eens goed te bekijken. Naast tropische vissen waren hier ook haaien, pinguins en zeehonden te bewonderen. Na Sea World zijn we enkele shopping malls  binnengelopen en hebben we een kijkje genomen op het strand (het regende helaas!). 'S avonds hebben we voor het eerst kennis gemaakt met de heerlijke keuken van Maleisië en gingen daarna voldaan naar ons bedje toe.

De tweede dag in Langkawi stond in het teken van een tour door de mangrovebossen die op het eiland te vinden zijn. Op het strand lag een bootje op ons te wachten en vanuit hier zouden we naar de eerste stop van de tour varen; een fishfarm. Hier waren veel vissen te zien (en voeren) die hier ook in het wild voorkomen, waaronder: roggen, haaien en verschillende tropische vissen. Ook hadden ze hier schuttersvissen. Deze vissen schieten met een waterstraal hun prooien van de waterkant in het water. Dit was erg bijzonder om te zien. Tijdens de tocht door de mangroven hebben we veel aapjes en adelaars gezien. Langkawi betekent grofweg "eiland van de rood-bruine adelaar" en deze zijn hier dan ook volop te vinden. Het mangrovebos zelf was ook prachtig en zat vol met dieren, waaronder slangen, vogels, krabben, slijkspringers en vissen. De tour bracht ons ook naar twee grotten met vleermuizen, niks vernieuwends na 4,5 maand door Azië te hebben gereisd maar leuk om gezien te hebben.

Onze laatste dag in Langkawi hebben we een scooter gehuurd. Op Langkawi is een metershoge Skybridge te vinden, alleen bereikbaar via een kabellift. Eenmaal aangekomen bij de cable cars zagen we de cabines via een kabel de lucht in gaan. De weg naar boven was hoog, heel hoog! Er waren 2 uitstapmomenten om van het normaal zo mooie uitzicht te genieten. Helaas was het erg bewolkt en was het zicht beperkt. Desondanks was alleen al het zitten in de cable een leuke ervaring en iets wat we tijdens onze reis nog niet eerder hebben gedaan.

Onze weg hebben we per scooter vervolgd naar de seven waterfalls. Normaal is dit een grote waterval die langs de rotswand naar beneden loopt. Nu stond hij vrijwel droog, maar gelukkig was de omgeving en het uitzicht erg mooi. Ter afsluiting van deze dag hebben we een van de mooiste strandjes van het eiland bezocht. Het was hier heel rustig en werden vergezeld door een aantal nieuwsgierige apen. Op de weg terug naar het hotel zagen we een schorpioen de weg oversteken! Schorpioenen hadden we nog niet gezien, het was gaaf om er een in het wild tegen te komen.

Vroeg in de morgen hebben we onze reis vervolgd naar de Cameron Highlands. De Cameron Highlands zijn bekend vanwege de uitgestrekte theeplantages die hier te vinden zijn. Hier zijn we 1 dag gebleven, zodat we de hoogtepunten in de omgeving konden zien. Vooral het bezoek aan de BOH tea plantages was indrukwekkend. De prachtig groene theevelden strekken zo ver als het oog reikt. Ook mochten we een kijkje nemen in de fabriek en zagen we het proces van theeblad tot eindproduct. Na de BOH theeplantage hebben we het zogenaamde "Mossy Forest" bezocht. Dit miljoenen jaar oude bos is in de loop der jaren compleet overwoekerd door mos. Als je hier doorheen loopt waan je jezelf eventjes in een andere wereld, het heeft namelijk een erg sprookjesachtige sfeer! Natuurlijk konden we het ook niet aan ons voorbij laten gaan om wat heerlijke aardbeien van een van de vele aardbeien plantages te proberen en lekkere honing van de bijen farm te proberen!

Na Cameron Highlands was het tijd voor de volgende wereldstad; Kuala Lumpur. Kuala Lumpur moet het vooral hebben van haar indrukwekkende architectuur en immense shopping malls, verder is er in deze stad niet heel veel te doen. Overal in de stad vindt men gigantische winkelcentra, waarin zelfs achtbanen en zwembaden niet te gek zijn. Verder is een bezoek aan Kuala Lumpur niet compleet zonder een kijkje te hebben genomen bij de Petronas Twin Towers. Deze hoge torens zijn kenmerkend voor de skyline van de stad en zijn de trots van het Maleisische volk. Ook is in Kuala Lumpur een erg leuke Chinatown te vinden, veruit de leukste die wij tot nu toe bezocht hebben!

Vanuit Kuala Lumpur zijn we afgereisd naar Maleisisch Borneo. De eerste stop, Kota Kinabalu, is de hoofdstad van de deelstaat Sabah gelegen in Borneo. In Kota Kinabalu zelf is niet veel te beleven. Het is vooral een uitvalbasis voor de leuke bezienswaardigheden in de omgeving van deze sfeerloze stad. Een van die bezienswaardigheden is Mount Kinabalu, met haar ruim 4000 meter de een na hoogste berg in Zuid-Oost Azië. Deze berg is goed te beklimmen, maar wij hebben het gehouden bij een fotootje vanaf de grond! Borneo is een van de weinig plekken ter wereld waar de grootste bloem ter wereld voorkomt. Hij is bijna een meter groot, is rood met witte vlekken en stinkt naar rottend vlees. Het klinkt als iets uit een sprookje maar hij bestaat toch echt en komt ook in de buurt van Kota Kinabalu voor. Deze parasitaire bloem, genaamd de Rafflesia  is vanwege zijn grootte ook de zwaarste bloem ter wereld. De bloembollen moeten tot 20 maanden groeien voordat de bloem ook daadwerkelijk in bloei staat. Hij bloeit vervolgens voor slechts 5 tot 7 dagen waarna de bloem sterft. Omdat de bloem zo kort bloeit moet je geluk hebben om er een te vinden. Na wat te hebben rondgevraagd en een dag te hebben gereisd hadden we het geluk er eentje in bloei te mogen bewonderen!

Onze volgende bestemming, Sandakan, stond volledig in het teken van wildlife. Hier stond een 3 daagse boot-, auto- en loop safari op de planning. Dit keer gelukkig geen primitieve hutjes waar je op de grond slaapt, maar een erorme chalet uitkijkend over de rivier en het regenwoud. De tassen waren nog niet uitgepakt en een 2.5 meter lange krokodil zwom langs ons balkon! Nog in lichte extase stapten we aan boord voor de eerste bootsafari. We maakten kennis met onze gids en het avontuur kon beginnen! We vielen direct met onze neus in de boter, na een paar honderd meter varen spotten we een kudde Pigmy olifanten. Zo bijzonder! Spelend en drinkend langs de waterkant. Het bleef niet bij een kudde, wel 50 olifanten stonden verspreid langs de waterkant om een bad te nemen! Uiterst zeldzaam om dit te zien, omdat dit maar een paar keer per jaar voorkomt. Hoewel we dus eigenlijk al tevreden terug hadden kunnen keren, zagen we ook nog neushoornvogels, adelaars, makaken en de bekende neusapen die alleen in Borneo voorkomen!

'S Avonds was het tijd voor een nachtsafari. We zagen minder dieren dan overdag maar de ervaring opzich was geweldig! Met z'n 2en zaten we achterin een jeep, samen met een gids die gewapend was met een enorme lamp. Langzaam reden we over smalle zandpaden door de dichtbegroeide jungle op zoek naar nachtdieren. Het is lastig om 's nachts in de dichtbegroeide jungle dieren te spotten, maar toch hebben we enkele dieren aan ons lijstje kunnen toevoegen! Zo zagen we  enkele civet cats, slapende neushoornvogels, uilen, de meest vreemde insecten en een wild zwijn.

De volgende ochtend moesten weer vroeg uit de veren, de eerste bootsafari kwam ons om 6 uur ophalen. Dit keer met als hoogtepunt 3 krokodillen die langs de waterkant lagen op te warmen in het ochtendzonnetje. Een van deze krokodillen was maar liefst 4 meter lang en het was erg bijzonder om deze van zo dichtbij te kunnen bewonderen. De middag stond in het teken van een jungle walk, niet om dieren te spotten maar om te genieten van de ongerepte jungle.

Tegen de avondklok stond onze laatste bootsafari gepland. We wilden graag nog een wilde Orang Utan zien, maar helaas was dit niet het geval. Wat deze boottocht wel speciaal maakte was een olifant die zwemmend de rivier overstak! Na deze boottocht was het tijd om nog even te relaxen en de volgende ochtend reden we terug naar Sandakan. Op de weg terug naar Sandakan hebben we ons laten afzetten bij het Orang Utan Sanctuary Center en het Sun Bear conservation center.

Het Orang Utan opvangcentrum is opgericht met als doel wees geworden, gewonde of ontheemde Orang Utans in het wild terug te plaatsen. Het terrein waarin het opvangcentrum ligt is onderdeel van het 4.300 hectare grote Kabili-Sepilok Forest Reserve en de Orang Utans zijn hier dan ook vrij om te gaan en staan waar ze willen. Voor de Orang Utans die het nodig hebben is er een speciaal programma en zijn er voedingstijdstippen. Op de voedingsplatformen wordt elke dag hetzelfde voedsel neergelegd. Omdat de Orang Utans dit op een gegeven moment beu zijn worden ze gestimuleerd om zelf eten te gaan zoeken in het regenwoud. Het is dus een kwestie van geluk of je wel of geen Orang Utan ziet! Tijdens ons bezoek kwamen er geen Orang Utan op het voedsel af en waren het andere soorten apen die er met het fruit vandoor gingen. Toch zagen we er in de verte wel een door de bomen slingeren!

In onze volgende blog meer over de laatste paar dagen in Borneo, onze reis naar Singapore en onze avonturen in Indonesië.

Dikke kus,
Alex en Gaby